Sneeuwwitje
en joviale vijftiger gaat me voor naar de woonkamer. Zijn vrouw zit aan tafel, een rustig muziekje klinkt op de achtergrond. Ik schuif aan en merk pas na een tijdje praten dat de vrouw ernstig ziek is. Ze is 49 jaar en kreeg tijdens een etentje in een restaurant een epileptische aanval. Een hersentumor bleek na onderzoek.
Rosie is iemand die altijd de touwtjes in handen neemt en wil ook haar eigen uitvaart tot in de puntjes regelen. Zij heeft duidelijk een missie: er mag wel verdriet zijn, maar er moet gewoon vrolijk doorgeleefd worden.
‘En ik wil gewoon thuis blijven als ik dood ben.’ Haar man trekt een gezicht. Ik stel hem gerust en zeg hem dat het voor de verwerking heel goed is om iemand bij je te houden en thuis op te baren. Hij kan zich daar geen voorstelling bij maken, maar gaat akkoord.
Als ze uiteindelijk is overleden kom ik de kamer weer binnen en daar ligt ze inderdaad. Als een prinses op de bank. Liefdevol verzorgd door haar zussen. Samen leggen we haar in de kist, als Sneeuwwitje zo mooi. ‘Gek’, zegt haar man ‘dat ik daar zo tegenop zag.’
De uitvaart vindt plaats in een prachtig hotel, midden in het bos. De ruimte staat vol kaarsen. Iedereen heeft een bloem meegenomen die bij binnenkomst in een pilaar van takken wordt gestoken. Op die manier maken alle genodigden samen een enorm bloemstuk. De verbinding tussen deze mensen met Rosie als stralend middelpunt is voelbaar en zichtbaar.
De twee zoons hebben foto’s van hun moeder uitgezocht die tijdens de muziekstukken worden vertoond. Vaak wordt er voor een afscheidsbijeenkomst een levensverhaal geschreven door familieleden maar dit karwei heeft Rosie ook zelf ter hand genomen en ze heeft mij gevraagd haar speech voor te lezen.
Het is maar goed dat ik een paar keer heb kunnen oefenen want de tekst is indringend en direct. Het is muisstil en ik zie iedereen intensief luisteren. Het is een lofzang op het leven en een dankwoord voor al haar geliefden, vrienden, collega’s. Ze heeft niemand overgeslagen.
Ter afsluiting proosten we op Rosie en kijken lang naar die stralende lach op de foto. We beginnen aarzelend met het ‘vrolijk doorleven’.